Het einde van de haven dat op de kiek te zien is, dateert zeker al van de middeleeuwen. Het was een gegraven kanaal van ca. 300 meter lengte vanuit het dorpscentrum naar de bocht van de Merwedegeul die als Donkersloot bekend is gebleven.
De haven was eigendom van de Hervormde Gemeente die haar sedert 1844 telkens voor een periode van 10 jaar aan de burgerlijke gemeente verhuurde.
Het gemeentebestuur zorgde voor onderhoud van kaden en loswallen en kreeg de daarvoor benodigde gelden uit een Haven- en Kaaigeldverordening met uitgebreide tariefsbepalingen.
Veelal was de kastelein uit Sint Joris aangesteld als havenmeester, waarvoor de goede man een jaarwedde beurde van f 40,-.
Zo ongeveer een eeuw geleden kon een schip van tussen de 30 en 50 m3 een jaarabonnement krijgen voor f 100, - een kleiner schip voor f 75, - en een groter voor f 125, -. De schipper kon echter ook per keer betalen als hem dat voordeliger leek en betaalde dan f 0,10 per m3 indien geladen met granen, zaden of bewerkt vlas en 3 cent per m3 als de lading bestond uit zand of groen vlas.
16-04-1980 Van der Es
|