Archieffoto van de Week in 2008 |
"Het kleine torentje op het koor vanuit de zolder van de kerk bezien, waar rond 1440 een klok hing. De stang waar de klok aan bevestigd was, is nog zichtbaar." |
De klok, zestig jaar geleden. Het schip dat de klok vervoerde, schijnt destijds na een beschieting door geallieerde vliegtuigen gezonken te zijn. De 31ste augustus was een bijzondere dag: koningin Wilhelmina was jarig. Vandaar de vurige wens de klok op tijd terug in de toren te krijgen! Dat zou echter nog ruim een half jaar duren… Volgens dominee Van der Zee, in die dagen predikant van de gemeente in de Singelkerk, werd de klok op 30 juni 1943 door de Duitsers uit de toren gehaald. De Duitsers konden het materiaal goed gebruiken in hun oorlogsindustrie. De klok die de Duitsers meenamen, was 1.07 m hoog, 1.30 m breed, woog 1500 kg en was in juni 1921 gegoten door de gebroeders Van Bergen te Midwolda. De burgerij miste de klok echter al gauw. Het luiden van de klok had nu eenmaal een belangrijke functie in het dorpsleven. Volgens dominee Van der Zee werd daarom de klok vervangen door een zware ijzeren staaf. Anderen spreken van een stalen as van een treinstel. Eerder hing een andere klok in de toren. Die was gegoten door Steven Buitendijk. Deze klok is helaas verloren gegaan bij de brand in 1920: hij viel tijdens die brand rechtstandig naar beneden, volgens de oude Arie van ’t Zelfde. Men was eerst nog bang dat de toren over de Singelschool zou vallen, maar dit is gelukkig niet gebeurd. De brand van 1920 heeft diepe indruk gemaakt, zelfs zo, dat dit op de klok vermeld staat. Op de klok staat: De klok (en de toren) is eigendom van de burgerlijke gemeente. Ook dat blijkt uit een tekst op de klok. B&W wilden hun naam nu eenmaal vermeld zien. Nadat de klok gevonden was, duurde het nog lang voor de klok weer in Ridderkerk terecht kwam. Op 20 oktober 1945 schrijft De Overmaassche: “Naar wij vernemen van een ooggetuige ligt de klok uit de toren der Herv. Kerk in het entrepôt-dok, Prins Hendrikkade te Amsterdam. Wij hopen dat de autoriteiten spoedig maatregelen nemen, de klok bij de eerste gelegenheid ter plaatse te brengen”. Het zou uiteindelijk nog tot februari 1946 duren eer de klok weer terug was, en “werden de ingezetenen van ons dorp verrast door terugkeer van onze torenklok”, zoals De Overmaassche vertelde. Regelmatig was de klok onderwerp van gesprek. In 1948 woedde een korte doch hevige discussie in De Overmaassche, waarin het luiden van de klok voor een half uur tijdens begrafenissen ter discussie wordt gesteld. Vooral de Singelschool had er veel last van. De kinderen werden afgeleid van hun werk. De Singelschool is er niet meer. Dat is oudheidkamer geworden. Maar de klok is er nog steeds. Inmiddels geëlektrificeerd strooit het zijn klanken uit over het dorp. |